Thumbs up
Door: Karel Hoenderdos
Blijf op de hoogte en volg Karel
24 Mei 2016 | Panama, Panama-stad
YES, na ruim drie maanden de silencio kunnen jullie weer genieten van een verhaaltje uit het zonnige Medellin! Waarom het zo lang heeft moeten duren vertel ik zo, dat je zit te stuiteren achter je computer begrijp ik best. Ik sloot de vorige keer het verhaal af in Medellin, de perfecte plek om deze te beginnen!
Daar ben ik namelijk twee maanden gebleven, genoeg om over te vertellen zou je denken. Jammer dan, teleurstellend genoeg heb ik dat niet aangezien ik aan het werk was. Doordeweeks mezelf nuttig gemaakt en in het weekend was ik voornamelijk te vinden in het befaamde Park Lleras waar de stad zich verzameld alvorens een gezellige tent op te zoeken. Wel was het heel erg tof om, voor zover dat mogelijk is in twee maanden, local te worden in deze stad. De Paisas, de inwoners van Medellin, zijn oprecht en vriendelijk en stellen zich op als vertegenwoordigers van Colombia die je met open armen ontvangen. Het local worden ging dus meer dan vanzelf. Met mijn eigen voetbalclub Atletico Nacional en tenniscluppie om de hoek was het een heel positief te zien hoe lekker het leven hier is. In de weekenden af en toe uitstapjes gemaakt naar omringende stadjes zoals Guatape - waar een van Pablo´s huizen cultereel-verantwoord omgetoverd is tot een paintbal paradijs - maar vooral genoten van de eeuwige lente en vriendelijkheid in de stad die nu als een thuis aanvoelt.
Na twee maanden was het werk afgerond en dus hoog tijd om te vertrekken naar andere oorden. Ik besloot tot het noorden van Colombia, richting een klein stadje genaamd Taganga dat naast datzelfde Tayrona Park ligt als waar ik in mijn vorige blog over vertelde. Een klein stadje, dat met haar karakteristieke onverharde wegen en onafgebouwde huizen aandoet als een onaangenaam oord, en in realiteit die status meer dan bekwaam waarmaakt. Waarom ga je er dan heen, vraag je je vast af? Duiken! Want je duik-brevet heb je hier voor drie stuivers en een glimmende knikker behaald. En dat wilde ik graag na mijn fascinerende ontmoeting met een kreeft en pijlstaartrog in hun natuurlijke habitat tijdens het snorkelen in Tayrona Park. Het avontuur Taganga begon met de beste intenties maar helaas schrijf je niet altijd zelf je verhaal en had ik na een scherpe wending van de trip het genoegen drie weken te werken aan mijn haat-liefde verhouding met Taganga. Na die tijd en het bevrijdende ontslag dat volgde neig ik nu toch wel naar die laatste!
Of er behalve werken en haat-liefde verhoudingen met vieze dorpen opbouwen ook nog wat gebeurt? Sí, claro! Als herboren ging ik terug naar Cartagena vanuit waar de reis richting de Caraibische San Blas eilanden begon. Deze eilanden (350!) liggen aan de oost kust van Panama waarvan ongeveer 40 bewoond worden door de overgebleven indianen welke door de Spanjaarden het land uit werden gemikt. De Kuna indianen zijn een geestig volk dat enorme feesten organiseerd wanneer ze aangespoelde cocaine terugverkopen aan Colombiaanse cartels, maar dat je niet dronken mag voeren omdat uit ervaring blijkt dat ze dan verschrikkelijk irritant en baldadig worden. Met een groep van 26 man en de topper Tess als gids zijn we op de eilanden gewapend met liters rum (nee, niet uitgeprobeerd of ze echt zo vervelend worden, wilde rustig kunnen uitslapen) elke dag onder een palmboom gaan liggen. Vier dagen lang. Lekker.
Zongebruind en licht aangeschoten kwamen we aan in Panama City. Na wat belastingadvies kon natuurlijk een bezoek aan het Panama kanaal niet uitblijven. Je gelooft het nooit maar het is net het A´dam Rijnkanaal, maar dan met twee sluizen. Een de ene kant op, de andere de andere kant op. Je moet het maar gezien hebben. Het is qua centen wel lekker geweest voor de stad zelf. Aan de ene kant ligt Casco Viejo, een ondertussen bijna geheel gerenoveerd, authentiek historisch centrum met een vismarkt waar constant de lekkerste en verste vis wordt aangeleverd, en aan de andere kant een gigantisch Zuid-as gebied. Helaas is ongelijkheid ook in Panama aan de orde van de dag en hoef je maar twee straten door te lopen om te realiseren dat niet iedereen het breed heeft.
Na drie dagen in de hoofdstad snel doorgegaan naar Boquete, een dorp waar gepensioneerde Amerikanen zich hebben genesteld dankzij, je raad het al, het gunstige belastingklimaat. Overigens is dat het enige gunstige klimaat, want het is snikheet overal in Panama. Ondanks de hoge gemiddelde leeftijd en het verdwijnen van twee Nederlandse meiden twee jaar geleden wel een gezellige plek met mooie natuur en waar ik werd verlost van mijn grote vriend die ik al een tijdje om mijn arm droeg. Van Boquete in de ijskoude nachtbus (ja, ook in Panama hebben de busmaatschappijen de airco uitgevonden) richting Bocas del Toro, een eiland net zuidelijk van de grens met Costa Rica aan de Caribische kant.
Eenmaal terug in Panama City aangekomen stapte ik op het vliegtuig terug naar Medellin. Daar ben ik nu, om de laatste dagen van mijn reis te vieren. Want ja, zo snel kan het gaan. Vijf-en-een-halve maand na mijn vertrek naar Cuba stap ik zaterdag op de boot die mij terug brengt richting Europa. Dat houdt ook in dat dit helaas voorlopig het laatste blog zal zijn die je van me hebt gelezen. :( ? Nee niet getreurd, de verhalen zijn in het echt nog veel mooier! Tot in Nederland iedereen, X KAREL.
Daar ben ik namelijk twee maanden gebleven, genoeg om over te vertellen zou je denken. Jammer dan, teleurstellend genoeg heb ik dat niet aangezien ik aan het werk was. Doordeweeks mezelf nuttig gemaakt en in het weekend was ik voornamelijk te vinden in het befaamde Park Lleras waar de stad zich verzameld alvorens een gezellige tent op te zoeken. Wel was het heel erg tof om, voor zover dat mogelijk is in twee maanden, local te worden in deze stad. De Paisas, de inwoners van Medellin, zijn oprecht en vriendelijk en stellen zich op als vertegenwoordigers van Colombia die je met open armen ontvangen. Het local worden ging dus meer dan vanzelf. Met mijn eigen voetbalclub Atletico Nacional en tenniscluppie om de hoek was het een heel positief te zien hoe lekker het leven hier is. In de weekenden af en toe uitstapjes gemaakt naar omringende stadjes zoals Guatape - waar een van Pablo´s huizen cultereel-verantwoord omgetoverd is tot een paintbal paradijs - maar vooral genoten van de eeuwige lente en vriendelijkheid in de stad die nu als een thuis aanvoelt.
Na twee maanden was het werk afgerond en dus hoog tijd om te vertrekken naar andere oorden. Ik besloot tot het noorden van Colombia, richting een klein stadje genaamd Taganga dat naast datzelfde Tayrona Park ligt als waar ik in mijn vorige blog over vertelde. Een klein stadje, dat met haar karakteristieke onverharde wegen en onafgebouwde huizen aandoet als een onaangenaam oord, en in realiteit die status meer dan bekwaam waarmaakt. Waarom ga je er dan heen, vraag je je vast af? Duiken! Want je duik-brevet heb je hier voor drie stuivers en een glimmende knikker behaald. En dat wilde ik graag na mijn fascinerende ontmoeting met een kreeft en pijlstaartrog in hun natuurlijke habitat tijdens het snorkelen in Tayrona Park. Het avontuur Taganga begon met de beste intenties maar helaas schrijf je niet altijd zelf je verhaal en had ik na een scherpe wending van de trip het genoegen drie weken te werken aan mijn haat-liefde verhouding met Taganga. Na die tijd en het bevrijdende ontslag dat volgde neig ik nu toch wel naar die laatste!
Of er behalve werken en haat-liefde verhoudingen met vieze dorpen opbouwen ook nog wat gebeurt? Sí, claro! Als herboren ging ik terug naar Cartagena vanuit waar de reis richting de Caraibische San Blas eilanden begon. Deze eilanden (350!) liggen aan de oost kust van Panama waarvan ongeveer 40 bewoond worden door de overgebleven indianen welke door de Spanjaarden het land uit werden gemikt. De Kuna indianen zijn een geestig volk dat enorme feesten organiseerd wanneer ze aangespoelde cocaine terugverkopen aan Colombiaanse cartels, maar dat je niet dronken mag voeren omdat uit ervaring blijkt dat ze dan verschrikkelijk irritant en baldadig worden. Met een groep van 26 man en de topper Tess als gids zijn we op de eilanden gewapend met liters rum (nee, niet uitgeprobeerd of ze echt zo vervelend worden, wilde rustig kunnen uitslapen) elke dag onder een palmboom gaan liggen. Vier dagen lang. Lekker.
Zongebruind en licht aangeschoten kwamen we aan in Panama City. Na wat belastingadvies kon natuurlijk een bezoek aan het Panama kanaal niet uitblijven. Je gelooft het nooit maar het is net het A´dam Rijnkanaal, maar dan met twee sluizen. Een de ene kant op, de andere de andere kant op. Je moet het maar gezien hebben. Het is qua centen wel lekker geweest voor de stad zelf. Aan de ene kant ligt Casco Viejo, een ondertussen bijna geheel gerenoveerd, authentiek historisch centrum met een vismarkt waar constant de lekkerste en verste vis wordt aangeleverd, en aan de andere kant een gigantisch Zuid-as gebied. Helaas is ongelijkheid ook in Panama aan de orde van de dag en hoef je maar twee straten door te lopen om te realiseren dat niet iedereen het breed heeft.
Na drie dagen in de hoofdstad snel doorgegaan naar Boquete, een dorp waar gepensioneerde Amerikanen zich hebben genesteld dankzij, je raad het al, het gunstige belastingklimaat. Overigens is dat het enige gunstige klimaat, want het is snikheet overal in Panama. Ondanks de hoge gemiddelde leeftijd en het verdwijnen van twee Nederlandse meiden twee jaar geleden wel een gezellige plek met mooie natuur en waar ik werd verlost van mijn grote vriend die ik al een tijdje om mijn arm droeg. Van Boquete in de ijskoude nachtbus (ja, ook in Panama hebben de busmaatschappijen de airco uitgevonden) richting Bocas del Toro, een eiland net zuidelijk van de grens met Costa Rica aan de Caribische kant.
Eenmaal terug in Panama City aangekomen stapte ik op het vliegtuig terug naar Medellin. Daar ben ik nu, om de laatste dagen van mijn reis te vieren. Want ja, zo snel kan het gaan. Vijf-en-een-halve maand na mijn vertrek naar Cuba stap ik zaterdag op de boot die mij terug brengt richting Europa. Dat houdt ook in dat dit helaas voorlopig het laatste blog zal zijn die je van me hebt gelezen. :( ? Nee niet getreurd, de verhalen zijn in het echt nog veel mooier! Tot in Nederland iedereen, X KAREL.
-
09 September 2016 - 16:10
Pitra:
Hi! Met welke organisatie ben je naar de San Blas eilanden geweest? -
09 September 2016 - 17:43
Karel:
San Blas Adventures!
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley